(lig)fietsen en toerental
Daarover ging een kleine discussie in de mailinglist. Ik heb er een berekening aan gewijd.
(juni 2001)
Wanneer moet je schakelen? Als je te zwaar of te licht rijdt natuurlijk, je gaat op je gevoel af. Veel ligfietsers hebben de neiging een groot verzet te kiezen, ze trappen dus een laag tempo. Ook al voelt dat prettig, je loopt het risico dat je de gewrichten en pezen in je benen te zwaar belast. Volgens de experts kun je het best tussen 90 en 110 toeren per minuut maken om je knieën heel te houden. Maar wat als je geen toerenteller hebt? Je telt je suf!
Op deze pagina vind je een toerentalberekening waarin je verzet, snelheid en toerental kunt bekijken. Je kunt die waarden ook vergelijken met je “ideale” toerental. De gegevens komen uit een spreadsheet dat ik hiervoor heb gemaakt.
In het voorbeeld staan berekende waarden die gelden voor mij en mijn fiets. Wil je je eigen gegevens gebruiken, download dan het toerentalwerkblad (xls) en vul het in.
Rekenvoorbeeld
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||
|
|
ligt volgens de experts tussen 90 en 110. Ik trap dus nog te langzaam, ruim 3%. |
||||||||||||||||||||||||||
Dit is het middelste kransje bij de hoge versnelling (ratio) |
4 | Vergelijk verzet en snelheid bij je werkelijke toerental. Zo zie je welke snelheid bij iedere combinatie hoort. Bekijk ook hoe de waarden uitvallen als je je “norm”-toerental trapt. De vette waarden horen bij de kransjes van mijn cassette. “Ratio” geeft de verhoudingen van mijn (3×7) versnellingsnaaf. |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|