een lekker rondje door de zeevang
Dit verhaal stond op de website van Kanovereniging Edam.
Het is (onder de oorspronkelijke datum) opnieuw geplaatst in 2021.
Met vijf bootjes vertrekken we op tweede Pinksterdag 2004 voor een afwisselende tocht. Op de agenda staat de tocht door Purmerend en de Zeevang, een geslaagd bedenksel van Bouke.
Na het onweer van zondag is het weer heerlijk rustig geworden. Het windje voelt koel aan en zo wordt het een beetje verraderlijk in de zon, want er moet wel degelijk gesmeerd worden. Dat is ook een probaat middel tegen het jakkeren zodat het eerste stuk heerlijk rustig gaat. Hoe dat komt? Tja, ik vaar nooit zo vlot met zonnebrandmiddel aan mijn handen.
Het eerste bankje in Purmerend is prijs, even aan de kant voor koffie en koek.
De puber die op het bankje zat ging er als een speer vandoor toen hij ons uit de ringvaart zag opduiken. Jammer, ik wilde hem vragen een foto te nemen. Dan moeten we maar een foto maken met de zelfontspanner.
Er ligt een nieuwe brug over de Where. Die is een beetje hoger dan de oude, zodat je er makkelijk onderdoor vaart.
We kijken onze ogen uit naar de verschillende woonboten. Van drijvende villa’s tot nauwelijks bewoonbare dobberende hutjes liggen alle “bouw”stijlen vredig naast elkaar. Op de Beemsterringvaart liggen de boten zo dicht bij elkaar dat de overburen elkaar bijna een hand kunnen geven. Knus is het wel.
Vanaf het water lijkt mijn woonplaats een prachtig park met al dat groen en verderop wordt het nog veel mooier. Ook de zon blijft schijnen dus ik smeer me nog maar eens in.
De kruisertjes en motorbootjes die we tegenkomen doen het rustig aan, ik kan makkelijk even meevaren op een hekgolf om weer aan te sluiten bij de rest van de groep.
We gaan de Zeevang in bij een kano-overdraagplaats, die staat keurig aangegeven met een bordje. Aan de andere kant van de dijk is een bloemenweitje waar we de rest van de koffie broederlijk delen onder het oog van een welkomstcomité dat bestaat uit een stuk of zes pinken. Na een tijdje weten ze het wel en ze gaan eens kijken of het gras verderop ook zo mooi groen is.
We zien een bekende gestalte langsfietsen en we roepen. Als hij doorheeft dat wij het zijn knijpt hij toch maar in zijn remmen om over koetjes en kalfjes te praten en nog even de laatste roddels door te nemen.
Watersport in de sloten van de Zeevang moet je letterlijk opvatten want het is hard werken in de zuigende blubber. Toch komen we er graag want het is een mooie polder. Tureluurs vliegen langs en de kieviten buitelen over ons heen. Een paar vissen springen over onze kano’s heen, eentje komt met een klap tegen mijn borst en vliegt met een boogje weer het water in.
Na deze conditietraining voelt het water in de Purmerringvaart als een zalfje. We hebben er zin in en de laatste kilometers naar huis trekken we lekker aan de peddels.
Nu is er nog maar één vraag: waarom waren we maar met zijn vijven?