bikkelweekend
Aan het einde van het vaarseizoen gaan we er nog een weekend op uit met kano’s en kleine tentjes.
De herfstvakantie is alweer voorbij en dan moet je rekening houden met herfstachtig weer, daarom is dit het bikkelweekend.
In 2021 gaan we naar de Noordwaard, een deel van de Biesbosch in de buurt van Werkendam. We kamperen bij natuurterrein de Knotwilg. Ik ben vroeg vertrokken en zet mijn kano alvast in het water.
Dit is een getijdengebied. De hoogte van het water kan verschillen zo staat op mijn kaartje, maar zo hard gaat het vandaag niet. Wat ik vooral merk, is dat de bodem vaak heel dichtbij is. Ik ben een klein stukje onderweg en van tijd tot tijd loopt mijn kano vast, dan moet ik even op de knokkels verder tot hij weer drijft.
Welkom in de Biesbosch.
de Noordwaard
De kreken in de Noordwaard hebben oude namen en ze zien er natuurlijk uit. Toch zijn ze niet allemaal oud en natuurlijk.
Aan het begin van deze eeuw was dit gebied één grote polder. Dat klinkt alsof alles hier veilig en beheersbaar was maar het omgekeerde is waar. Van tijd tot tijd is er zoveel water in de rivieren (de Merwede, de Maas) dat het te hoog wordt voor de dijken en die lopen dan gevaar. Om ruimte voor het water te maken zijn oude kreken opnieuw uitgegraven en er zijn overlaten gemaakt om het water door de kreken te laten stromen.
Ook tegenwoordig zijn hier nog steeds polders en dat is een merkwaardig gezicht, want achter de natuurlijke en een beetje rommelige oever van de kreek staan strakke groene dijken met een fietspad er op en soms een uitkijktoren.
Bij het inrichten van het gebied zijn fiets- en wandelpaden aangelegd over de dijken en er zijn veel bruggen gebouwd om alles te verbinden. De uitkijktorens zijn gemaakt van de stenen van afgebroken boerderijen en andere gebouwen.
knooppunten
Voor de oriëntatie gebruiken we de kaart met kanoknooppuntroutes in de Noordwaard van biesboschlinie.com, de toeristische website van de gemeente Altena.
Het woord knooppuntroutes suggereert meer dan we onderweg tegenkomen. Er zijn geen borden of wegwijzers, maar de bruggen in het gebied hebben allemaal een nummer. Op de kaart kun je daarmee zien waar je bent en dat is handig.
kunstwerken
De bruggen hebben nog iets bijzonders.
Onder iedere brug zit een buis met een hoog en een laag uiteinde. We kunnen niet zien welke functie dat heeft, dus we besluiten dat het kunst is.
Maar wat is het idee? We bedenken dat het iets te maken heeft met de getijden, hoog water en laag water en de verbinding daartussen.
Dat zou kunnen maar de ontwerper van de bruggen schrijft dat het zitruimte is voor vogels. Ook mooi.
vrijdag 29 oktober
Ik vaar in de Noordwaard bij Werkendam. Het is een soort verkenningsrondje waar ik mee bezig ben. Deze vrijdag zou het nog droog weer zijn en ik ben vroeg vertrokken om daarvan te profiteren.
En dat lukt, mijn tentje staat op kampeerterrein de Knotwilg, de instapplaats is gevonden en hier zit ik nu te genieten van een waterig zonnetje.
Het is hier stil. Voor motorboten is het niet diep genoeg en je mag ook met een kano niet overal varen. Binnen een kwartier kom ik langs een rij drijvende ballen die de toegang naar rechts versperren. Ik ga naar links, daar is het ook mooi.
Ik peddel door een rustige kreek met weinig water. In de oevers van de kreek staan bomen, meest wilgen en elzen. Sommige zijn omgevallen zodat je naar een doorgang moet zoeken en dat doet avontuurlijk aan. Kan ik er door, loop ik vast?
De rest van de bikkels komt vanmiddag. Ik wilde graag al wat varen.
Met de kaart en een beetje hulp van gps vind ik mijn weg, zo hoef ik niet veel te zoeken en ik geniet van het water, het zonnetje en de rust. Een weldaad voor mijn altijd drukke hoofd.
Ik vaar mijn rondje en na een uur of twee ben ik terug bij het kleine strandje waar ik was ingestapt.
De anderen zijn intussen aangekomen en we maken gezamenlijk het kampje. De boten zetten we bij de instapplaats verderop.
Als de tentjes staan haalt Rob een schuiltent tevoorschijn die heel snel kan worden opgezet en dat is goed, want het begint te regenen. We passen er bijna allemaal in.
Karen heeft ook een afdeling “kunst- en vliegwerk” en daaruit komt een handige luifel waarmee we de schuiltent verlengen, nu is er genoeg ruimte voor iedereen. Dat is maar goed ook, want de regen is een blijvertje en niemand heeft zin in een tochtje. Bikkels als we zijn amuseren we ons dapper onder het nylon waar de druppels al even dapper op neerkletteren.
De avond is droger, dat is handig voor het koken en later kunnen we zelfs een klein maar levendig vuur maken op de kampvuurplaats. Verhalen en houtblokken zijn er genoeg en het wordt best laat.
zaterdag 30 oktober
Na een nacht die niet heel koud was komen we uit de tentjes voor het ontbijt. De kelly kettle levert het warme water voor koffie en voor de thermosflessen. Met de komst van Marco zijn we compleet.
Nu moet het een beetje ernst worden met het bikkelen en daarom loopt er een wolk over ons leeg als we in de kano’s willen stappen. Van ons hoeft dat nu ook weer niet en we schuilen in een zeecontainer tot het na een kwartiertje weer ophoudt.
Het water staat vandaag een beetje lager dan gisteren. Meer dan een paar centimeter zal het niet zijn maar omdat het erg ondiep is zie ik drooggevallen stukjes die eerst onder stonden.
Het eerste stuk ken ik nog van gisteren. Het geeft een vertrouwd gevoel, grappig is dat.
Het is rustig en stil, als vijf kleurige stipjes peddelen we zuidwaarts. Door het weer met wolken en regenbuien lijkt het heel eenzaam. Behalve kano’s kan hier ook niets komen, het is krabben met de peddels. Verderop staat een zwaan in het water. We kunnen er onderdoor kijken, zo ondiep is het hier. Af en toe gaan we een stukje op de knokkels.
Als we op het Gat van de Noorderklip komen is het bijna schrikken, er vaart een salonboot van drie verdiepingen langs. Het contrast kan bijna niet groter zijn.
We zwaaien even en varen verder, het begin van de Bevert op en het Gat van de Zalm in.
Omdat we al even onderweg zijn is er behoefte aan een pauze, en het geoefende oog van Rob ziet een mogelijkheid. We varen een watertje in dat er volgens de kaart niet is en vinden een kantje met beschutting tegen de wind en een plaatsje voor alle stoeltjes en zitlappen. We genieten van een droge periode van maar liefst een half uur!
Als je op de namen van de kreken afgaat denk je dat hier de gatenkaas is uitgevonden. Door het Gat van de Zalm, Boomgat en Gat van Lijnoorden peddelen we met veel bochten terug naar ons instappunt aan het Diepgat.
Iedereen is verdacht lang aan het omkleden en dat is geen wonder want buiten de tentjes hebben we niets te zoeken, plensbui. Ik lees de krant die ik had meegenomen en doe stiekem een kleine siësta.
We koken vandaag niet zelf maar gaan uit eten in Woudrichem, in het Oude Raedthuys. Marco heeft zich voor vanavond tot bob benoemd en rijdt ons naar het stadje dat er in het donker sprookjesachtig uitziet. Die regen heeft ook wel eens een voordeel.
zondag 31 oktober
Ook deze dag begint met het opstoken van warm water voor de thermosflessen en we hebben een bijdrage van de kippen van Karen in de vorm van een doos met snoezige kleine eitjes. Die zijn snel gebakken voor het ontbijt.
We breken het kampje op en gaan weer varen. De lekker modderige instap begint al te wennen. Diepgat, het zal wat.
De plannen voor vandaag laten we afhangen van het weer. Het begin is Boomgat, Galeigat, Braspenning en dan zien we wel weer. Uiteindelijk varen we de langste route die we voor vandaag hadden bedacht.
De pauze voor koffie, ledematen strekken en zo, is weer op een onmogelijk lijkende plek waar we toch vrij makkelijk op komen, en duurt tot de eerste spetters uit de lucht vallen. Dat was maar een schijnbeweging van het weer, een klein zetje dat we nodig hadden om weer het water op te gaan. We varen op de Bevert die hier wat breder wordt en even verder tussen de bomen lijkt het wel een park.
Bij het zuidelijkste puntje van vandaag vinden we weer de ingang van het Gat van de Zalm en we peddelen terug langs bijna dezelfde route als gisteren.
De buienvoorspellers op de mobieltjes zijn het niet eens over het tijdstip, maar dat het gaat regenen is zeker. Op het Boomgat krijgen we een paar buitjes over ons heen en terug aan het einde van het Diepgat kunnen we droog uitstappen, maar als de boten op de trailer gaan is dat echt afgelopen. We krijgen de volle laag en nadat de boten zijn vastgemaakt sprinten we naar een afdak waar genoeg ruimte is om droge kleren aan te trekken.
Nog even over het water kijken om in gedachten afscheid te nemen van de Biesbosch is er niet bij. We springen in de auto’s en rijden terug naar Edam.
Ook in Edam tokkelt de regen op het dak van de kanoloods. Als we de boten naar binnen willen brengen verandert het tokkelen in een spetterend slotakkoord, zo hard dat we elkaar even niet kunnen verstaan.
voorbij
Bikkelen wilden we, en bikkelen is wat we deden. Het was weer de moeite waard.
Thuis gaan de natte spullen op het droogrek.
Voor het afrekenen van de reis-, kampeer- en andere kosten komt *ping* al snel het tikkie binnen. Dat wordt voor het grootste deel digitaal afgerekend, maar ik krijg de volgende dag een envelop aangereikt met inhoud en opschrift en dat heeft ook wel sfeer, moet ik zeggen.